In het dal van rivier de Tet dat men hier de Ribéral noemt
zijn rotswanden van het Aspresmassief door erosie en klimaat zodanig uitgesleten
dat er deels lange smalle stenen pijpen in allerlei grillige vormen zijn ontstaan.
Deze hoge door de natuur gebeeldhouwde loodrechte zuilen
noemt men orgelpijpen en hebben een vanilleachtige kleur.
Ze veranderen telkens van vorm na hevige regenbuien
D15_8457