De Vlakte der kruiken (in het Laotiaans: Tong Hai Hin, in het Engels: Plain of Jars) is een vlakte in Laos die ligt op ongeveer 10 km ten zuidoosten van de stad Xhieng Khuang. Op het plateau liggen honderden gigantische kruiken verspreid over verschillende locaties. De grootste kruik is meer dan 3 meter hoog en weegt 6000 kilo. Behalve deze grote kruiken liggen er ook nog vele kleinere kruiken. Tijdens de geheime oorlog in Laos zijn echter vele van deze kruiken beschadigd of vernietigd. De vlakte was namelijk een belangrijk slagveld. Volgens onderzoekers zijn de kruiken tussen de 2500 en 3000 jaar oud. Ze zijn vervaardigd uit een soort zandsteen die niet voorkomt op de vlakte. Niemand weet waarvoor de kruiken gebruikt zijn. Er zijn wel botresten op de vlakte gevonden en gebruiksresten van klei en metaal.
Volgens een lokale sage zijn de kruiken vervaardigd in de 6e eeuw door de Lao koning Khun Chong om de verovering te vieren van het nabijgelegen Xhieng Khuang. De kruiken zouden gebruikt zijn om rijstwijn in te fermenteren om uit te delen aan de feestvierende overwinnaars.
Op de vlakte ligt in 2003 nog veel ongeëxplodeerd materiaal uit de oorlog in Laos. In 2004 is er een groot projekt opgezet om de meest bereikbare vlakten mijn vrij te maken, dit is in 2005 afgerond en door het volgen van groen-witte tegels kan men veilig rondlopen.
Ook in Indonesie en India zijn dergelijke kruiken gevonden maar in veel kleinere aantallen en slechts op 1 plaats.
Van 1930 tot 1933 heeft een Franse onderzoekster onderzoek gedaan en bot, tand en andere menselijke resten gevonden die echter verdwenen zijn waardoor het onderzoek naar de ware betekenis bemoeilijkt wordt